Erdogan nu langer aan de macht dan Ataturk

In Turkije staat huidig president Recep Tayyip Erdogan inmiddels 5.500 dagen onafgebroken aan het hoofd van het land. Daarmee heeft Erdogan zich nu ook tot langst regerend leider – eerst als hoofd van de regering en nu als president – van de Turkse republiek gekroond. Het record heeft echter ook een symbolische achtergrond.

Tot nu toe was Mustafa Kemal Ataturk het langst regerend staatshoofd van Turkije. Ataturk was ook de oprichter van de seculiere en westers gerichte Turkse republiek, die onder het beleid van Erdogan echter steeds meer een autocratisch karakter krijgt.

Vader van Turkije

Kemal Ataturk – door de geschiedenis als vader van Turkije gedoopt – creëerde op 29 oktober 1923 de Turkse republiek op de overblijfselen van het Ottomaanse keizerrijk. Hij zou in functie blijven tot hij op 10 november 1938 overleed. Erdogan begon aan zijn record toen hij op 15 maart 2003 een Turkse regering vormde die geleid werd door de AK Parti, een partij die door de islam is geïnspireerd.

Erdogan werd daarbij de opvolger van Abdullah Gul, die gedurende enkele maanden als een interim-leider had opgetreden. Er moest immers een wachttijd worden overbrugd omdat Erdogan wegens een veroordeling tijdelijk van een openbare functie was uitgesloten.

Erdogan was immers wegens het aanzetten tot religieuze haat door een Turkse rechtbank tot tien maand gevangenisstraf veroordeeld. Uiteindelijk zou hij vier maanden celstraf uitzitten.

Verkiezingen

Sinds Erdogan tot de macht is toegelaten, was hij de eerste minister van drie Turkse regeringen. Vier jaar geleden werd hij de eerste rechtstreeks verkozen Turkse president. Terwijl het presidentschap vooral als een symbolische functie was die de Turkse grondwet moest beschermen, heeft Erdogan aan de functie ook reële beleidsmacht gekoppeld. Die feitelijke presidentiële macht werd vorig jaar door een controversieel referendum bekrachtigd.

Over anderhalf jaar worden in Turkije nieuwe verkiezingen georganiseerd. Erdogan hoopt echter in eerste ronde meer dan 50 procent van de stemmen te kunnen halen. Op die manier zou hij een herkansing, waarbij de gefragmenteerde oppositie mogelijk een alliantie zou kunnen vormen om Erdogan van de macht te verdrijven, uit de weg kunnen gaan.

Mogelijk zou de president zelfs kunnen beslissen om de verkiezingen te vervroegen. Hij zou daarbij immers kunnen profiteren van het groeiende nationalisme dat in het land kan worden opgemerkt na een succesrijk militair offensief in Syrië. Binnen de Turkse oppositie heerst grote onenigheid over onder meer de rol van de islam in het openbare leven en de Koerdische kwestie.

Meer