Over de Russische Lada werd vroeger vaak lacherig gedaan, maar onder impuls van Renault-Nissan, dat het merk een aantal jaar geleden overnam, wil de producent van Lada het opnieuw in West-Europa gaan proberen.
Een (bescheiden) succes
In Rusland is de Lada nooit echt weggeweest. Onlangs nog rolde het 100.000ste model van de Vesta van de band. Dat (bescheiden) succes in eigen land, brengt nu West-Europa opnieuw in het vizier. Renault-Nissan, dat de producent van Lada – AvtoVaz – overnam, wil nu werk maken van een comeback van de in het Westen nog steeds weinig vertrouwde auto. Het wil zo de concurrentie aangaan met goedkopere Chinese wagens die straks onze richting uitkomen. Renault is in Europa al succesvol met het Roemeense Dacia ( dat al 300.000 stuks verkocht in Europa in 2017) en kent de markt voor goedkopere wagens toch wel een beetje.
Kansloos?
Toch acht autojournalist Tony Verhelle (AutoGids) de kans dat het voormalige Sovjetmerk er in slaagt voet aan grond te krijgen in het Westen klein. “Hier het gevecht aangaan met gevestigde waarden lijkt me toch heel moeilijk. Ik denk dat de Russische markt en later misschien Zuidoost-Azië meer realistische opties zijn”, zegt Verhelle in De Standaard. Voorlopig worden er een paar Lada’s in Duitsland verkocht, maar cijfermatig blijven die aantallen marginaal. Er is ook nog een probleem met de CO2-uitstoot: toen een Nederlandse autodealer Lada in Nederland wou importeren, werd hij prompt door het merk zelf teruggefloten. Reden: de wagens zijn nog veel te vervuilend. Het merk onderging ondertussen wel een ware metamorfose. De laatste modellen hebben dan ook niets meer van doen met het hoekige exemplaar uit de Sovjettijd.
De Granta:
Hun 4×4:
Het best verkochte model, de Vesta:
