Chinese digitale autoritaire staat vindt steeds meer navolging

Wereldwijd moet worden vastgesteld worden dat regeringen steeds vaker investeren in online instrumenten, vaak naar Chinees model, om tegenstanders te onderdrukken en hun grip op de macht te versterken. Dat zegt een rapport van de denktank Freedom House, gebaseerd op een analyse van vijfenzestig landen. Opgemerkt wordt dat de internet-vrijheid vorig jaar in zesentwintig landen verder is achteruitgegaan. In negentien naties werden vorderingen opgetekend, maar vaak bleek die vooruitgang miniem.

Ook bleek dat zeventien regeringen het probleem van het nepnieuws hebben aangewend om online media te beteugelen, terwijl achttien landen de online controle op hun burgers versterkten.

Aanhoudende trend

“Er moet worden vastgesteld dat ook dit jaar de wereldwijde internet-vrijheid verder is afgenomen,” zegt Michael Abramowitz, voorzitter van Freedom House. “Daarmee moet voor het achtste jaar op rij een verdere achteruitgang van de online vrijheden worden vastgesteld. Bovendien moet worden vastgesteld dat de groep van de digitaal autoritaire staten steeds verder wordt uitgebreid.”

De onderzoekers merken daarbij op dat online propaganda en desinformatie de digitale ruimte steeds verder vergiftigen, terwijl de ongebreidelde verzameling van persoonlijke gegevens de bescherming van de privacy steeds verder doet afbrokkelen.

“Het digitale tijdperk zet democratieën voor grote uitdagingen, terwijl een verdere export moet worden geregistreerd van het Chinese model van censuur en surveillance, zowel binnen de eigen grenzen als in het buitenland, om informatie te controleren,” betoogt Abramowitz. “Dit patroon vormt een bedreiging voor het open internet en brengt het streven naar een grotere wereldwijde democratie in gevaar.”

“Chinese functionarissen blijken in zesendertig van de vijfenzestig onderzochte landen adviezen en apparatuur te hebben verstrekt voor de controle van informatie. Een van de grootste dreigingen is het streven van China om een nieuwe digitale wereld naar zijn eigen concept op te bouwen.”

Freedom House verwijst daarbij dat naar een eis van de Chinese overheid dat lokale en buitenlandse bedrijven de verzending van verboden content onmiddellijk zouden stopzetten, terwijl digitale platformen worden gedwongen om gegevens over Chinese gebruikers binnen de grenzen van het land te bewaren.

“Dit werd gevolgd door honderden nieuwe wetten over de manier waarop de gebruiker zich online behoort te gedragen. Bovendien kwamen er strengere controles op het gebruik van virtuele private netwerken, die zouden kunnen worden gebruikt om aan detectie te ontsnappen. Grote groepen Chinese moslims zouden voor geweldloze online activiteiten in interneringskampen zijn opgesloten.”

Onprofessioneel

“China lijkt zijn grote technische bedrijven, vooral op het gebied van telecominfrastructuur, te gebruiken om zijn dominantie uit te breiden,” aldus Michael Chertoff, bestuursvoorzitter van het Freedom House en voormalig Amerikaans minister voor binnenlandse veiligheid.

“Bedrijven zoals Huawei, die onder meer in de Verenigde Staten en Australië heel argwanend worden bekeken, bouwen in vele delen van de wereld, waaronder Afrika en Latijns-Amerika, infrastructuur. “Dit biedt de Chinese overheid de technologische mogelijkheden om in deze landen allerhande informatie te verzamelen.”

Een woordvoerder van het Chinese ministerie van buitenlandse zaken noemde de bevindingen van het Freedom House zonder basis, onprofessioneel en onverantwoordelijk, terwijl tevens van duidelijke bijbedoelingen gewag werd gemaakt.

Het rapport benadrukte verder dat de online vrijheden zowel in democratische als autoritaire staten met bedreigingen worden geconfronteerd. Met meer dan honderd gemelde incidenten sinds begin dit jaar, werden in India het grootste aantal websites geblokkeerd. De ingrepen waren volgens de Indiase autoriteiten noodzakelijk om een aanhoudende stroom aan desinformatie en oproepen tot geweld een halt toe te roepen.

In een aantal andere landen, waaronder Sri Lanka, konden gelijkaardige acties worden opgetekend. “Het afsnijden van online diensten is een draconische reactie die zware gevolgen kan hebben,” benadrukt Adrian Shahbaz, onderzoeker bij Freedom House. “Het internet is voor de burger bijzonder belangrijk. Hij kan het medium nodig hebben om valse geruchten te kunnen tegenspreken, met dierbaren in contact te komen of gevaarlijke gebieden te vermijden.”

“Hoewel opzettelijk vervalste inhoud een echt probleem is, gebruiken sommige regeringen het concept van het nepnieuws steeds meer als een voorwendsel om hun controle over de informatie te consolideren en afwijkende meningen te onderdrukken. Steeds meer regeringen, waaronder Saoedi-Arabië, gebruiken bovendien trollenlegers om de sociale media te manipuleren en in veel gevallen de stemmen van dissidenten te onderdrukken.”

“Ook in de Verenigde Staten zijn de online vrijheden verzwakt,” zeggen de onderzoekers nog. “Onder meer moet daarbij worden gewezen naar de afbouw van de voorschriften voor netneutraliteit, die ervoor gezorgd heeft dat alle gegevens – zonder snellere of tragere services voor commerciële of andere doeleinden – gelijk worden behandeld.”

“Bovendien moet gewag worden gemaakt van de polariserende beweging die op sociale media – onder meer te wijten aan doorgedreven desinformatie-inspanningen – kan worden geregistreerd.”

Meer