Peter Bouckaert, de Belgische directeur van de mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch, kreeg tijdens een recent bezoek aan Benghazi videomateriaal overhandigd, waarop te zien is hoe in 1984 een tegenstander van het Gaddafi-regime wordt opgehangen. Op de beelden is te zien hoe de 30-jarige Sadiq Hamid Shwedi – die wordt beschuldigd van deelname aan een complot tegen de Libische leider- door het volkstribunaal ter dood wordt veroordeeld in een sportstadion in Benghazi. Onder het opgezweept publiek ziet men vele schoolkinderen, speciaal voor de gelegenheid naar het stadion gebracht.
Bouckaert bespreekt in de video de rol van Huda Ben Amer, een fanatiek aanhanger van Gaddafi, die voor haar ongemeende wreedheid de bijnaam Huda ‘de beul’ kreeg. De toeschouwers worden opgejut door een vrouw in olijfgroen uniform met gebalde vuisten. Volgens Bouckaert houdt ze de benen van Shwedi in bedwang terwijl de jongeman met zijn laatste krachten tegenspartelt terwijl hij wordt opgehangen. Bouckaert spreekt van een schoolvoorbeeld van een onder dwang bekomen bekentenis.
Gaddafi zelf was niet aanwezig op de executie, maar was naar verluidt dermate onder de indruk van Huda dat hij ze tot minister promoveerde. Later zou ze burgemeester van Benghazi worden, maar bij het begin van de revolutie vluchtte ze naar Tripoli. Haar huis werd volledig vernield in de eerste dagen van de revolte.