Olympisch stadion in Pyeongchang kost 90 miljoen euro. Het wordt 4 keer gebruikt en dan afgebroken

In het Zuid-Koreaanse Pyeongchang worden op 9 februari de 23ste Olympische Winterspelen geopend. Dat zal gebeuren in een speciaal daarvoor gebouwd Olympisch stadion met 35.000 plaatsen.
De Zuid-Koreanen hebben een kleine 90 miljoen euro geïnvesteerd in de bouw van een stadion dat exact 4 keer zal worden gebruikt vooraleer het zal worden afgebroken. Naast de openingsceremonie wordt op 25 februari ook de sluitingsceremonie in het stadion gehouden. Dat tweeluik wordt in maart nog eens herhaald ter gelegenheid van de Paralympische Spelen. Daarna gaat het stadion opnieuw tegen de vlakte.

Griekenland en Brazilië

Niet enkel Zuid-Korea worstelt met de vraag wat te doen met olympische installaties eens de Spelen voorbij zijn. Foto’s van totaal verloederde sportinstallaties in het Griekse Athene circuleren al jaren op internet

EPA/YANNIS KOLESIDIS

De Zuid-Koreanen winden er geen doekjes om. Na de Paralympics gaat het stadion in Pyeongchang gewoon tegen de grond. Ook dat is geen unicum, want Frankrijk deed in 1968 exact hetzelfde in de stad Grenoble.
Alternatieven zijn niet altijd voorhanden. Dat ondervonden de Brazilianen toen ze in het Amazone regenwoud een mega-voetbalstadion neerzetten ter gelegenheid van de Wereldbeker Voetbal in 2014. De Arena da Amazônia wordt nog amper gebruikt.

In de stad Brasília werd 500 miljoen euro gespendeerd aan de bouw van een stadion. Vandaag wordt het gebruikt als depot voor de bussen van de lokale maatschappij voor openbaar vervoer . Ook in Cuiabá gaf men 200 miljoen euro uit voor de bouw van een nieuw stadion. Daklozen slapen er vandaag in de kleedkamers.

Meer