In Tadzjikistan ontvangen bezitters van mobiele telefoons sinds enkele tijd geregeld boodschappen met een dwingend kledingadvies. Daarbij wordt de bevolking aangemaand zich op de nationale vestimentaire cultuur te baseren.
De acties zijn het gevolg van een nieuwe wetgeving die in het land recent is goedgekeurd en waarbij de overheid vooral het gebruik van islamitische symbolen zou viseren. Onder meer de hijab zou zoveel mogelijk uit het straatbeeld moeten worden verbannen.
Moslims vormen in Tadzjikistan 90 procent van de bevolking, maar de regering van het land zegt dat strenge maatregelen nodig zijn om het islamitische radicalisme te bestrijden.
Vorig jaar ging Tadzjikistan over tot een massale sluiting van winkels die vrouwelijke religieuze kleding verkochten. In maart datzelfde jaar besliste de overheid bovendien dat ongeveer dertienduizend islamitische mannen hun baard dienden te laten afscheren. Ook werden meer dan achtduizend vrouwen aangesproken wegens het dragen van een hijab.
“Er werd hen tevens duidelijk gemaakt op welke manier een hoofddoek volgens de tradities van het land, waarbij onder meer delen van de hals onbedekt moeten blijven, diende te worden geknoopt en gedragen,” aldus de Amerikaanse krant The Washington Post.
Terroristen
Er wordt aan toegevoegd dat in Tadzjikistan alle religieuze groepen zich bij de overheid moeten registreren, terwijl de regering ook bepaalt of gebedshuizen kunnen worden gebouwd en kinderen naar een religieuze school kunnen worden gestuurd.
Daarnaast wordt ook de verspreiding van religieuze literatuur door de overheid gereguleerd, terwijl godsdienstige huwelijken en begrafenissen eveneens door de autoriteiten strikt worden gevolgd.
Vooral echter de hijab blijkt een onderwerp van wrevel. Het hoofddoek kende na de val van de Sovjet-Unie een groeiende populariteit, maar wordt door de overheid gelinkt aan islamitisch radicalisme en terrorisme.
Emomali Rahmon, president van Tadzjikistan, noemde de hijab twee jaar geleden een symbool van een gebrek aan opleiding en burgerschap. Volgens woordvoerders van de overheid hebben honderden islamitische Tadzjieken zich als strijder bij de terreurgroep Daech aangesloten. Dat wordt echter door critici van de Tadzjistische regering tegengesproken.
“De bescherming van de nationale cultuur, tradities en waarden zijn uiteraard belangrijk voor Tadzjikistan en de eenheid van zijn bevolking,” betoogt de rechtenactivist Faiziniso Vohidova. “Dit mag echter niet gepaard gaan met inbreuken tegen de mensenrechten en een ingreep in het leven van de burgers.”
“Een aanpak van de armoede en een verbetering van de economie lijken daarbij toch wel belangrijker dan de kledingkeuze van vrouwen,” betoogt Vohidova. (mah)
